zaterdag 14 mei 2011

Marokkaanse lieverdjes hebben de toekomst

Op de site van trouw.nl ben ik een artikel tegengekomen over allochtone, vooral marokkaanse, jongeren en de problemen rondom hen. Het artikel gaat vooral over jongeren maar je kan de lijn ook doortrekken naar kleuters. Ook is het een artikel uit Nederland maar er zijn zeker elementen die ook in België een grote rol spelen.

Het integratiedebat sleept zich al jaren voort. Hoe krijgen ’rot-Marokkanen’ en autochtonen samen een toekomst in Nederland? Criminoloog Hans Werdmölder belicht overlast, botsende werelden en haat versus haat.
Marokkaans-Nederlandse jongeren zorgen al zo'n dertig jaar voor overlast. De Marokkaanse gemeenschap krijgt daardoor een slechte naam met vervelende gevolgen voor de goedwillenden. Even doortrekken naar kleuters: Marokkaanse kleuters hebben dus al vaak een stempel van 'rot-Marokkaan' op zich kleven.


De jongeren leiden 'drie levens': het saaie autoritaire leven thuis, het vrije leven op school en het spannende leven op straat. Tussen deze verschillende werelden bestaat weinig contact, terwijl dat juist zorgt voor integratie in het gezin, de school en de gemeenschaap. Kleuters hebben nog geen 'drie levens' maar er is vaak wel een tekort aan contact tussen thuis en de school.


Ook wonen de allochtonen vaak in 'concentratiebuurten'. Hier wonen bijna geen autochtonen meer. Er is een samenkomst van lage inkomsten, werkloze vaders en moeders, grote gezinnen, kleine woningen, ouders die geen of gebrekkig Nederlands spreken, kinderen met een taalachterstand en zeer slechte scholen en criminele jeugd. Niet goed voor volwassenen, jongeren en kleuters. De kleuters zien niet veel anders dan deze toestanden, hun ouders hoeven geen Nederlands te kunnen want niemand in hun buurt praat Nederlands. Hierdoor wordt ook de stimulans en de ontwikkeling van de kleuters om Nederlands te leren teniet gedaan.


Joessef, een Marokkaan die vroeger verslaafd en crimineel was, is nu een keurige huisvader. Hij zegt: "De maatschappij deugt niet. Het is haat tegen haat." En dit is ook zo. Wij, autochtonen "haten" allochtonen, en vooral Marokkanen dan, en de allochtonen "haten" ons, de autochtonen. 
Ik zet het (werk)woord haten tussen aanhalingsteken omdat ik dit een groot en zwaar begrip vindt. Ik haat niemand. Ik vindt het ook wel zo dat er probleemjongeren zijn en dat deze zich vooral in grote steden bevinden en dat dit heel vaak Marokkanen of andere allochtonen zijn maar ik haat niemand. Er zijn wel veel wrijvingen tussen de verschillende gemeenschappen en dit kan men beschouwen als haat.
Tolerantie is heel belangrijk maar moet van beide kanten komen.


In de Marokkaanse en dus vooral Moslim gezinnen is er vaak een heel andere opvatting en opvoeding van de kinderen dan bij de Nederlandse (en ook Belgische) gezinnen. De vader ontleent zijn gezag aan de islam en de traditie. Bij Marokkaanse jongeren en kleuters die zijn opgevoed in een groepscultuur is het vermogen tot innerlijke zelfbeheersing, zelfbedwang dus, minder ontwikkeld. Wat leidt tot soms agressieve situaties die soms uit de hand lopen.


Het beroep van de ouders, sociaal netwerk en gezinsgrootte hebben een invloed op de opvoeding van de kinderen. Analfabete ouders kunnen hun kinderen niet ten volle begeleiden waardoor de kinderen ook achter geraken. Geen voorleesverhaaltjes voor slapen te gaan, geen bureau, kamer of tafel waar huiswerk wordt gemaakt, geen educatieve tv-programma's die worden bekeken.


Marokkaanse ouders hebben vaak kritiek op het Nederlandse onderwijs. Ze vinden dat leraren te informeel met hun leerlingen omgaan. Ook vinden de Marokkaanse ouders dat de leeraren te weinig prestatiegericht zijn en dat er te weinig aandacht is voor hun eigen taal, cultuur en religie. In dit laatste kan ik me wel vinden. Het is belangrijk, zeker bij jongeren maar ook bij kleuters, om te leren over elkaar taal, cultuur en religie. Zo kan men zich beter inleven en zo leert men elkaar beter kennen waardoor het sociaal contact beter wordt. De allochtonen gaan zich beter voelen en gaan beter kunnen ontwikkelen.


De verschillende omgevingen, systemen waarin een Marokkaans kind opgroeit liggen niet meer in elkaars verlengde door migratie, abrupte veranderingen van leefomgeving en opgroeien in etnische enclaves (concentratiebuurten). Als deze verbanden niet meer overeenstemmen kunnen jongeren niet goed functioneren in de samenleving. Ze raken in de war en verdwalen in een web van elkaar tegensprekende boodschappen.
Er is een uitweg maar deze vereist een veelzijdige aanpak. Van de opleiding via een spreiding van de etnische minderheden tot aan de resocialisatie en snelrecht.


Ik heb geleerd dat kleuters opgroeien in concentratiebuurten waardoor hun algemene ontwikkeling minder goed gaat. Vooral de sociale ontwikkeling en het Nederlands leren worden hierdoor vertraagd. 
Het is natuurlijk niet altijd zo. Er zijn Marokkanen die wel in een goed gestelde buurt leven, die wel Nederlands kunnen en gaan werken. Maar er zijn natuurlijk ook Afrikanen, Spanjaarden, Italianen,... die in concentratiebuurten leven en waardoor hun ontwikkeling ook vast komt te liggen. Het zijn dus niet enkel Marokkanen die voor problemen zorgen en waarbij hun ontwikkeling als kleuter trager gaat.


Bron: http://www.trouw.nl/tr/nl/4324/Nieuws/article/detail/1805760/2010/11/27/Marokkaanse-lieverdjes-hebben-de-toekomst.dhtml

Geen opmerkingen:

Een reactie posten